Als grafisch ontwerper heb ik 47 jaar in het grafische vak gezeten en op de Grafische School Eindhoven in 1972 kreeg je om de grondbeginselen van het grafische vak te leren en begrijpen het vak letterzetten. Vandaar dat de “letterzetter” mij als oud graficus intrigeert.
In een zethaak zette ik van links naar rechts in spiegelschrift loden letterstaafje, cijfers, tekens en spaties tot tekstregels. Deze haalde ik uit lades die in een zetbok geschoven zaten. Iedere lade had zijn eigen lettertype en ornamenten en was verdeeld in een bovenkast (voor hoofdletters), een onderkast (voor kleine letters) en een gedeelte voor bijzondere tekens als uitroepteken, percentagetekens, etc. In totaal 152 vakjes. Als de tekstregels of blokken gezet waren bond ik deze met behulp van touw rondom vast en zo maakte ik boekenpagina’s op, die in een drukpers gedrukt werden. Een pagina bestond uit duizenden lettertekens en stukjes wit.
Het ergste was het distribueren na het drukken om alle letters en tekens weer in de juiste lades en vakjes terug te leggen zodat bij het maken van nieuwe teksten alles in de juiste vakjes lag.
Ik weet nog dat ik wel eens tijdens het distribueren met mijn rug naar de letterkast ging staan en de loden letters over mijn schouder teruggooide in de lades met het gevolg dat de volgende leerling de letters en tekens op de verkeerde plek in de kast aantrof. Ergerlijk natuurlijk maar wij zagen de zin van het letterzetten niet in, er waren immers al zetmachines die dit zinloze werk deden. Maar, zei de leraar letterzetten, “als de elektriciteit uitvalt moet de krant toch gedrukt worden” dus letterzetten maar. Achteraf een vreemd argument want drukpersen waren toch ook op het elektriciteitsnet aangesloten?
De uitvinder van het letterzetten
De Duitse drukker en edelsmid Johannes Gutenberg (ca. 1400-1468) heeft rond 1450 het zetten van teksten met losse loden letters uitgevonden. Daarvoor werd het schrijven van bijbels en boeken door monniken gedaan en vandaar de uitdrukking “monnikenwerk” wat aangaf dat het schrijven van bijbels en boeken een enorm karwei was. Zijn bekendste werk is de in 1455 voltooide Gutenbergbijbel.
De laatste loodjes wegen het zwaarst
Dit betekent dat het afmaken van een taak of opdracht het moeilijkst is; dat laatste stukje vraagt het meeste doorzettingsvermogen om hier letterlijk het laatste “stukje lood” te plaatsen omdat het zwaar werd om de zethaak vast te houden. Het spreekwoord zou dan dus zijn oorsprong kunnen hebben in het drukkersvak.
Maar wat is de Letterzetter en hoe zet hij zijn letters
Pas bij mijn bezoek aan de Kapel der Heilige Engelbewaarders, hoorde ik voor het eerst van de Letterzetter als insect. Coos van Wageningen vertelde mij dat dit kevertje ook verantwoordelijk is voor bomensterfte in het Molenbosch. De Letterzetter Ips typographus is een 4,0 - 5,5 mm lang, glanzend roodbruin tot zwart kevertje met dekschilden die aan het einde sterk zijn ingedeukt. Hij houdt vooral van sparren, zoals de fijnspar (kerstboom) en de Douglas spar. Ook lariksen zijn niet veilig voor dit kevertje en er kunnen wel duizenden van deze kevertjes in een boom zitten. In het voorjaar, omstreeks april, boort de mannelijke kever een gang onder de bast van de stam van gevelde, verzwakte of stervende bomen en bouwt een “paringskamer” of gangetje van een centimeter of tien. Vervolgens scheidt hij een chemische stof uit om vrouwtjes te lokken. En het vrouwtje legt de eitjes in deze gang. De witte larven, die in de paringskamer geboren worden, eten vanuit de hoofdgang nieuwe gangen en vormen zo patronen die op letters lijken. De duizenden kevertjes graven gangen in de boom, en tasten hiermee de laag aan waarmee de boom zorgt voor de aanmaak van nieuw hout. De boom sterft daardoor uiteindelijk af.
Bomen gaan om door letterzetter
Delen van de bosgebieden De Paltz en het Monnickenbos (hoe toepasselijk monnikenwerk en het schrijven van bijbels en boeken) in Soest zijn door de razendsnelle oprukkende kever gekapt. De gemeente Soest ging hiermee de verspreiding van de letterzetter te lijf omdat deze keversoort bomen aanvreet die hierdoor afsterven. De letterzetter richtte de afgelopen jaren gigantische schade aan, aan de sparren in het Duitse Harzgebergte. 80 tot 90 procent van de “broedbomen” is daar volgens de Niedersächsische Landesforsten en masse opgevreten door de nietsontziende kever. Na de Tweede Wereldoorlog zijn hier in één keer alleen maar jonge sparren geplant als gevolg van de enorme vraag naar hout voor de wederopbouw van het land. Het voordeel is dat de spar snel groeit en het hout is erg geschikt als bouwmateriaal.''
Plaag
Het hout etende beestje vormt een plaag voor de bosbouw in heel Europa. Tussen 1950 en 2000 veroorzaakte de letterzetter op het continent een schade van 2,9 miljoen kubieke meter hout per jaar. Door opstekende stormen en aanhoudende droogte zal de kever Europese bosgebieden blijven teisteren, zo noteerde een bioloog uit Beieren in 2019 in een rapport.
Wat houdt de letterzetter tegen
De hars van een gezonde boom en een natter bos kan insecten tegenhouden. Het kleine kevertje zoekt een boom met bijvoorbeeld stormschade op, maar doordat de bomen de afgelopen jaren door lange perioden van droogte in lentes en zomers te lijden hebben gehad, heeft de letterzetter vrij spel. Het enige middel tegen de letterzetter is bomenkap en ervoor zorgdragen dat er een gezonder en divers bos met verschillende boomsoorten door elkaar en van verschillende leeftijden staan. De monocultuur van bomen in een bos is een aangename voedingsbodem voor de letterzetter.
*Arnie Della Rosa